Nieuws

Tijdelijke vrijstelling RVU-heffing

Eén onderdeel van het pensioenakkoord is een tijdelijke vrijstelling voor de regeling vervroegd uittreden (RVU). Heeft u medewerkers in dienst die nog 3 jaar moeten werken totdat zij hun AOW-gerechtigde leeftijd bereikt hebben, dan is deze regeling voor hen van toepassing. Als uw medewerker maximaal 36 maanden direct voorafgaand aan het bereiken van hun AOW-gerechtigde leeftijd wil stoppen met werken, kunt u maximaal tot de AOW-gerechtigde leeftijd een financiële tegemoetkoming uitbetalen zonder dat er een extra pseudo-eindheffing van 52% over verschuldigd is. 

De maandelijkse RVU-drempelvrijstelling bedraagt per maand € 1.847 bruto (2021). U kunt ervoor kiezen om dit bedrag maandelijks aan uw medewerker uit te betalen. Wat ook mogelijk is, is om een eenmalig bedrag bruto te vergoeden aan uw medewerker (€ 66.492 voor 36 maanden). De hoogte van dit bedrag is afhankelijk van de leeftijd van de medewerker (aantal maanden tot aan AOW-leeftijd). 

Hieronder treft u alle voorwaarden nog even op een rij:

Voor de RVU-drempelvrijstelling gelden de volgende voorwaarden:

  • De uitkering volgens de RVU-regeling kent de werkgever toe in maximaal 36 maanden direct voorafgaand aan het bereiken van de AOW-leeftijd van de medewerker. Gaat de uitkering minder dan 36 maanden vóór de AOW-leeftijd in, dan geldt de vrijstelling alleen nog voor de resterende maanden.
  • De werkgever berekent het bedrag van de drempelvrijstelling per maand of een eenmalig bedrag.
  • De medewerker heeft uiterlijk 31 december 2025 de leeftijd bereikt die (maximaal) 36 maanden vóór de AOW-leeftijd ligt.
  • De RVU-drempelvrijstelling is maximaal het bedrag dat gelijk is aan het nettobedrag van de AOW-uitkering voor alleenstaande personen, dat geldt op 1 januari van het jaar van de uitkering. Dit is het bedrag na vermindering van loonbelasting en premie volksverzekeringen.

De drempelvrijstelling is een tijdelijke maatregel die geldt van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025.